In zijn nieuwste boek ‘Narcisme’ beschrijft Frans Schalkwijk op zorgvuldige en lichtvoetige wijze het fenomeen narcisme vanuit psychoanalytisch perspectief. De ernst van de stoornis en de last die het – voor zowel de narcist als zijn omgeving – met zich meebrengt, staan hierin centraal.
‘Narcisme is geen prettige toestand van superioriteit maar van ernstige kwetsbaarheid in de zelfwaardering, tekortschietende emotieregulatie en problemen in de omgang met anderen die het leven in grote mate belemmeren’.
Schalkwijk illustreert de theoretische uitleg met treffende voorbeelden uit zijn spreekkamer en het dagelijks leven. Ik moest vaak glimlachen om de herkenning bij mezelf en anderen in mijn omgeving. Soms bekroop me een gevoel van schaamte – een kenmerkend verschijnsel bij narcisme – als ik me betrapt voelde op geheime grootheidsfantasieën. Gelukkig stelt Schalkwijk dat enkele kenmerken je nog niet tot een narcist maken, het gaat om een complex geheel van factoren.
In de kinderwereld is het bewonderd willen worden, je ouders kunnen bewonderen (‘mijn moeder is bij de politie!’) en je samen sterk voelen de motor van psychologische groei. Het is ook de fase waarin een peuter boos kan roepen: ‘ik wil nooit meer een ijsje! Ik lust geen ijs!’ omdat het onuitstaanbaar is voor de bevrediging van je behoeften afhankelijk te zijn van je ouders. Later kunnen het opgroeiende kind en de volwassene de ambivalentie over afhankelijkheid beter verdragen, is de wederkerigheid groter, wordt het zelfbeeld reëler en de ander minder geïdealiseerd.
Als die ontwikkeling niet goed verloopt – daar zijn diverse theorieën over – ontstaat narcisme. Schalkwijk beschrijft het vanzelfsprekend narcisme en het waakzaam narcisme die beiden in openlijke of bedekte vorm kunnen voorkomen. De problematiek van het waakzaam narcisme is veel beschreven in de psychoanalytische literatuur en vaak aanleiding tot psychoanalytische behandeling.
‘Het gaat om de dynamiek waarin iemand zich in zijn fantasieën of in de werkelijkheid sterk op de ander richt en diens behoeften en verlangens aanvoelt (of invult) en deze vervolgens voor de ander bevredigt. Niet om een wederkerig contact tot stand te brengen maar als manier om het wankele zelfgevoel te ondersteunen waardoor iemand erg vervreemd kan raken van de eigen gevoelswereld’.
Belangrijk om je te realiseren is dat de narcistische problematiek grotendeels onbewust is voor degene zelf, het is gedachteloos de manier van leven waarin iemand existeert.
In de laatste hoofdstukken beschrijft Schalkwijk boeiende narcistische thema’s als genoegdoening, razernij, grootheid in het lijden en liegen. Hij vertelt over het leven met een partner/ouder met narcistische trekken om tot besluit iets over de behandeling te zeggen.
Een handzaam boekje voor iedereen die elementaire kennis en inzicht over narcisme wil opdoen met uitgebreide literatuur verwijzingen voor wie zich verder wil verdiepen in de materie.
Dit blog kwam tot stand in samenwerking met Frans Schalkwijk.
Uitgeverij: Amsterdam University Press, in de serie ‘elementaire deeltjes’